Pår en Johanna Hellström
Melkboer maakt nobelwaardige kaas
“De koninklijke familie heeft van onze kazen gesnoept!”
Dertig jaar lang waren Pär en Johanna Hellström, wonend in Kåge, melkboeren. De zaken gingen goed, totdat de crisis uitbrak. Het werd tijd om een nieuwe weg in te slaan. Het was een zoektocht, maar uiteindelijk vond Pär zijn ware passie: het maken van de perfecte, harde kaas. Wat begon met een idee aan de eettafel, groeide uit tot een nobelwaardige kaas.
“Laat ik het hele verhaal vertellen. We wilden iets maken, iets creatiefs doen. Daar waren we het beiden over eens. Het begon met het maken van worst. Daarvoor offerden we een van onze koeien op. De worst bleek oké, maar niet spraakmakend”, zo vertelt Johanna.
Geen worst, wel kaas
Het idee van een worstenmakerij werd overboord gegooid en de rest van de koeien bleef gespaard. Terug aan de eettafel werd een nieuw idee geboren; kaas maken. Dat bleek een schot in de roos. Pär: “Eigenlijk zijn we helemaal niet zo’n grote fan van kaas, we zijn geen kaaskoppen zoals jullie. Maar het hele proces is natuurlijk wel interessant. We besloten daarom naar Frankrijk af te reizen. In het land van de kaaskenners hebben we een twintigtal kaasboerderijen bezocht. Ik werd enthousiast over het kaasmaken maar wat me vooral raakte was de passie waarmee elke boer zijn verhaal vertelde. De Franse kaaskenners hielden vol trots hun stuk kaas in de hand en showden het alsof het een pure diamant was. De twintig boeren, allemaal volwassen kerels, spraken vol liefde over hun vak. Zo inspirerend. Dat wilde ik ook!”
Eenmaal thuis werden alle benodigdheden voor het nieuwe bedrijf, kaasmakerij Svedjan Ost, aangeschaft. De zoektocht naar tweedehands machines en andere spullen begon. “Het idee was om een harde, traditionele Zweeds-Lapse kaas op de markt te brengen, een oude traditie in een nieuw jasje. Met onze eigen twist. We volgden een cursus en gingen aan de slag. Het was gewoon een kwestie van proberen”, vertelt Pär.
"Je had al je liefde in je eerste kaasje gestopt"
Het sympathieke tweetal ging aan de slag. Het melken van de 35 koeien werd de taak van Johanna, Pår ontfermde zich over het maken van de kaas. Johanna lacht. “Weet je nog hoe trots je was op je eerste kaasje? Het exemplaar was maar 2 ½ kilo, maar je had er al je liefde ingestopt.” Met hun nieuwe liefde onder de arm reizen de twee af naar een kenner, een geëmigreerde Fransman in het zuiden van Zweden. “Wat waren we nerveus. En zo blij toen onze kaas in de smaak viel. Sterker nog, hij was enthousiast!”
Pår en Johanna laten me vol trots de opslagruimte zien. Prachtige gele kazen liggen op de verschillende planken. Pär legt iets uit over het tot stand komen van het hele proces. “Na de positieve reactie van de Franse kenner was het alleen nog een kwestie van bijschaven, uitproberen en proeven. De kleinste verandering is terug te vinden in de smaak. De temperatuur en vochtigheidsgraad van de opslagruimte, de rijpingstijd, de hoeveelheid zout, het toevoegen van de bacteriën. Het succes van kaasmaken zit hem in de details. En dat zijn er een hoop! Jammer genoeg kunnen we het eindresultaat van elke kaas pas proeven na een rijpingstijd van zo’n 14 tot 16 maanden. Ik schrijf dus elke handeling op. Tijdens het jaar wachten borstel en draai ik de kaas om de andere dag.”
"De rest van de wereld moest kennis maken met onze kazen"
De harde kazen van de familie Hellström gingen steeds beter smaken. Het werd tijd om de rest van de wereld van dit goddelijke gele goedje te laten proeven. “Weer zo’n spannend moment!”, vertelt Johanna. De eerste keer dat we de kazen lieten proeven was op de kerstmarkt hier in de buurt. Daarna gingen de kazen als zoete broodjes over de toonbank.” Toen een van de beste restaurants in Skellefteå de kaas op het menu zette, ging het snel, inmiddels is onze Svedjan Ost in heel Zweden verkrijgbaar. Johanna: “De kroon op ons werk is wel dat de kaas op het menu stond van het Nobel Banquet waar de Nobelprijswinnaars worden geëerd. Dat bericht kregen we een dag voor het evenement tijdens een nieuwsuitzending te horen. Dat kan je je toch bijna niet voorstellen? De koninklijke familie heeft van onze kazen gesnoept!”